Met AERIUS Calculator berekent u de stikstofdepositie van een project op Natura 2000-gebieden.
Aan de hand van modellen berekent AERIUS Calculator welke stikstofemissie uw project heeft en welke depositie hierdoor plaatsvindt.
Zo kunt u bijvoorbeeld de stikstofdepositie van een nieuwe woonwijk berekenen, inclusief de verkeersaantrekkende werking tijdens de bouw. U kunt ook het verschil berekenen tussen een bestaande situatie en een nieuw ontstane situatie na uitbreidings- of verbouwplannen bij bijvoorbeeld een landbouwbedrijf.
De resultaten van een stikstofberekening met AERIUS kunt u gebruiken bij uw vergunningaanvraag.
Veelgestelde vragen en antwoorden over AERIUS Calculator
Voor mobiele werktuigen levert TNO vanaf dit jaar de bronkarakteristieken per vermogensklasse, in plaats van per sector. De sectoren (‘Landbouw’, ‘Bouw, Industrie en Delfstoffenwinning’ en ‘Consumenten mobiele werktuigen’) onder de sectorgroep ‘Mobiele werktuigen’ hebben hierdoor geen functie en bestaan daarom niet meer in Calculator 2025. Bij de invoer van mobiele werktuigen kan nu worden gekozen voor invoer via voorgeschreven factoren of invoer via eigen specificatie. Invoer op basis van stage klasse kan via de voorgeschreven factoren. De specifieke bronkarakteristieken per vermogensklasse worden automatisch toegepast wanneer wordt gerekend met voorgeschreven factoren.
Indien de emissie niet in AERIUS Calculator wordt berekend op basis van stageklasse of brandstofverbruik, kan invoer plaatsvinden via een eigen specificatie. De gebruiker voert dan in het tabblad Eigen specificatie van de sectorgroep Mobiele werktuigen handmatig de totale emissiewaarden (NOx en NH3 in kg/jaar) in en vult daarnaast de bronkenmerken uittreedhoogte, warmte-inhoud en spreiding in.
Bij een aantal sectoren kan nu ook voor punt- en lijnbronnen een spreiding worden ingevoerd in het invoerveld 'Spreiding'. De spreidingsparameter is een invoerparameter die gebruikt kan worden om een verticale spreiding te modelleren wanneer:
- Er variatie is in de bronhoogte binnen een horizontaal oppervlak;
- De emissie vrijkomt door een verticaal vlak of de emissie is een lijnbron met verticale spreiding. De bron is een lijn of rij puntbronnen met een verticale spreiding.
Bij het bepalen van de waarde die voor spreiding wordt ingevoerd, worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:
- Wanneer de exacte uitreedhoogte van een zuivere puntbron bekend is, dient voor de spreiding 0 meter ingevoerd te worden. Dit is vaak het geval in de sectoren Industrie en Energie.
- Bij snel-verplaatsende bronnen (denk aan: Railverkeer – Spoorweg, Luchtverkeer – Stijgen, Luchtverkeer- Landen of Rijdend verkeer) wordt de gehele uittreedhoogte gehanteerd als waarde voor spreiding.
- In overige gevallen kan de spreiding bepaald worden volgens de formule spreiding = 1/2 * uittreedhoogte.
In AERIUS Calculator wordt de spreiding ingevoerd in meters. Meer informatie over spreiding is te vinden in paragraaf 3.4.2 en 6.1.1 in de instructie gegevensinvoer.
Het is niet mogelijk om de pdf-export direct te bewerken of samen te voegen met andere pdf-documenten. Een mogelijke workaround is om het pdf-bestand af te drukken en vervolgens via 'Microsoft print to pdf' opnieuw op te slaan.
De reden van deze beveiliging is dat er sinds de actualisatie bijlagen (projectgegevens en één of meerdere GML-bestanden) bij de export van AERIUS Calculator zitten. Bevoegde gezagen willen kunnen garanderen dat er geen wijzigingen zijn aangebracht in deze bijlagen. Om een wijziging aan te brengen, dient het pdf-bestand opnieuw ingeladen te worden in AERIUS Calculator. Na het aanbrengen van wijzigingen kunt u het bestand opnieuw exporteren.
Let op: een pdf-bestand dat is aangepast met de 'print to pdf' functie, kan niet meer ingelezen worden in AERIUS Calculator. Daarom is het van belang de originele bestanden zoals gedownload uit AERIUS Calculator altijd te bewaren.
Het gekozen rekenjaar kan in sommige gevallen tot een andere uitkomst leiden. Dit speelt vooral een rol bij berekeningen voor toekomstjaren. In toestemmingverlening worden gepasseerde jaren in principe niet gebruikt. Om de kans op onjuist gebruik van Calculator en om onnodige verwarring te voorkomen, is de mogelijkheid voor het kiezen van gepasseerde jaren verwijderd.
Een ‘koude start’ is het fenomeen dat voertuigen met een koude motor meer emissie uitstoten dan voertuigen met een warme motor. De koude start heeft een overgang richting warme motor die van korte duur is. Er is daarom duidelijk onderscheid te maken tussen voertuigen met koude start en rijdend verkeer. De koude start is beperkt qua duur, respectievelijk enkele seconden tot minuut voor benzine-, LPG- en dieselvoertuigen (zowel licht-, middel- als zwaarverkeer). Sinds AERIUS 2024 wordt daarom koude emissie (in gram/koude start) en warme emissie (in gram/km) te scheiden. Vanwege de beperkte duur van de koude start zullen de emissies van koude start hoofdzakelijk plaatsvinden rondom de startlocatie van het voertuig. Na 2 uur stilstand (zonder draaiende motor) is de motor weer koud. De handreiking Koude Start is te vinden op de website van BIJ12.
Tijdens het uitsplitsen van de koude start emissies bleek differentiatie van mobiele werktuigen en schepen geen meerwaarde te hebben. Ten eerste staan de motoren van mobiele werktuigen en schepen vaak lang aan waardoor de verhouding warme en koude emissie anders is dan bij voertuigen. Ten tweede zijn de warme emissies van moderne voertuigen zeer laag, waardoor koude start emissies een substantieel aandeel is van het totaal. Voor mobiele werktuigen en schepen geldt dit niet. Ten derde vindt de verhoogde koude emissies door de koude start bij mobiele werktuigen op dezelfde locatie plaats als de warme emissies. In tegenstelling tot bij verkeer. Als laatst geldt dat schepen en mobiele werktuigen met SCR een hogere emissie hebben als de motorlast laag is (<20%). Dit is een substantieel deel van de totale emissie en onderdeel van de emissiefactoren. Echter, is de lage motorlast en hoge emissie niet gekoppeld aan de startlocatie, omdat tijdens het gebruik of het traject de motor periodes op lage motorlast draait.
Voor een aantal gebieden is de habitatkaart vernieuwd. In sommige gevallen is er in de vernieuwde kaart habitat verdwenen ten opzichte van de oude habitatkaart. Omdat er rekening gehouden moet worden met het verslechteringsverbod is er een verschilanalyse uitgevoerd. Met die verschilanalyse zijn de oude en nieuwe habitatkaart met elkaar vergeleken. Meer informatie over de verschilanalyse vindt u op de website van BIJ12.
Voor de hexagonen waarbinnen is vastgesteld dat daadwerkelijk habitat is verdwenen, is met een ecologische beoordeling bekeken of het habitat op die locatie hersteld moet worden. Als dit het geval is, dan staan deze als ‘hexagonen met een hersteldoel’ in AERIUS. Hexagonen met een hersteldoel vormen een apart hexagonengrid in AERIUS Calculator. Zo kan met een berekening ook voor deze hexagonen de depositie in beeld gebracht worden. De Handreiking Omgaan met hexagonen met een hersteldoel helpt AERIUS gebruikers hiermee op weg.
In Calculator 2024 zijn in het resultaatscherm de weergave-opties uitgebreid met “Hexagonen met hersteldoelen”. In deze weergave kan het rekenresultaat voor alle herstelhexagonen bekeken worden.
De AERIUS PDF-rapportage wordt automatisch voorzien van een bijlage waarin de rekenresultaten voor de herstelhexagonen zijn opgenomen. Anders dan de bijlage Randhexagonen, is de bijlage “Hulpmiddel beoordeling hexagonen met een hersteldoel” niet optioneel: deze wordt altijd bijgevoegd.
De rekenresultaten voor herstelhexagonen zijn ook onderdeel van de export Rekentaak (GML met alle invoergegevens inclusief rekenresultaten).
Bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet begin 2024 is ook de methode voor het berekenen van stalemissies aangepast. De RAV-codes zijn vervangen door de dierhuisvestingssystemen in bijlagen V en VI van de Omgevingsregeling. De invoer hiervan is in AERIUS Calculator aangepast.
Bij het importeren van een oude berekening met een RAV-code, wordt dit zoveel mogelijk omgezet naar het juiste dierhuisvestingssysteem. Dit geldt voor de meeste RAV-codes. Het is echter niet voor iedere oude berekening mogelijk om de emissiefactoren volledig om te zetten. Dit is vooral van toepassing bij het gebruik van aanvullende technieken. Bij het importeren is in deze situatie een waarschuwing zichtbaar.
Controleer goed of de emissiebronnen nog steeds de juiste huisvestingssystemen en aanvullende technieken bevat.
Ja, voor het bepalen of een natuurvergunning (‘omgevingsvergunning voor een Natura 2000-activiteit’) nodig is, is de wettelijke verplichting voor het gebruik van AERIUS Calculator vastgelegd in artikel 4.15 van de Omgevingsregeling. Voor het indienen van een aanvraag om een natuurvergunning volgt die verplichting uit artikel 7.197h, eerste lid, onder e, van de Omgevingsregeling. De versie die gebruikt dient te worden is de versie die via aerius.nl online beschikbaar is en die genoemd wordt in bijlage II bij de Omgevingsregeling.
De berekende depositiewaarden kunnen enkele tientallen procenten afwijken van de werkelijke depositie. Omdat de depositie in alle gevallen op eenzelfde manier wordt berekend, vallen de systematische fouten tegen elkaar weg. Voor meer informatie, zie het doelmatigheidsonderzoek van PBLQ en de internationale reviews.
AERIUS maakt gebruik van emissiefactoren voor NH3, NOx en NO2 om de emissie van wegverkeer en de daaruit volgende depositiebijdrage te berekenen. NO2 is onderdeel van de totale NOx emissie en is een noodzakelijke invoerwaarde voor de SRM2 berekeningen en maakt daarom onderdeel uit van de vastgestelde emissiecijfers.
Bij sommige projecten/initiatieven kan het nodig zijn om het stationair draaien van wegverkeer te berekenen. Dit is van belang als er situaties zijn waarin deze voertuigen regelmatig stationair draaien die geen onderdeel zijn van gewone verkeersbewegingen. Stilstaan voor stoplichten en in files vallen hier dus nadrukkelijk niet onder. Wat hier wel onder valt is stilstaan met draaiende motor op eigen terrein. Bijvoorbeeld als tijdens het laden/lossen de motor draait, of tijdens het wachten op het vrijkomen van een losplaats. AERIUS Calculator biedt niet standaard de mogelijkheid om dit te modelleren. In overleg met specialisten van TNO en vergunningverleners van de provincies is hiervoor nu een methode vastgesteld die hiervoor gebruikt kan worden. Deze is opgenomen in bijlage 1 van de instructie gegevensinvoer.
Indien u een fout maakt bij de invoer in Calculator, wordt er een foutmelding getoond met een korte instructie hoe de invoer aangepast moet worden om valide te zijn. Het kan ook gebeuren dat er tijdens een berekening foutmeldingen optreden. De meeste foutmeldingen zijn bekend en kunt u mogelijk al zelf aan de hand van de gegeven toelichting oplossen. Een totaaloverzicht van alle validaties die AERIUS Calculator kent, zijn te vinden in hoofdstuk 6.5.2 en bijlage 10 van het Handboek AERIUS Calculator
Krijgt u een foutmelding die hierin niet te vinden is, neem dan contact op met het Informatiepunt Stikstof en Natura 2000 en houd de volgende informatie bij de hand:
- Wat is de precieze foutmelding? Indien u een screenshot heeft van de foutmelding, ontvangen we deze graag.
- Op welke tijdstip en welke datum treedt de foutmelding op, zie datum en tijdstip notificatiebericht rechtsboven.
- In welke browser gebruikt u de AERIUS-applicatie? Indien mogelijk ontvangen we ook graag de browser versie.
- Welke actie voert u uit, waarbij de foutmelding optreedt? Komt het bijvoorbeeld voor bij het importeren van een berekening, het berekenen van een invoer of het exporteren van een invoerbestand (GML), een rekentaak of pdf?